Beschaving, of wat ervan over is

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Waar het kwade regeeert is het het beste jezelf als slecht voor te doen. [...]

De noodzaak om altijd de waarheid te vermijden, beroofde iedereen van wat [markies] Custine [19e-eeuwse Franse aristocraat] noemde 'de twee grootste gaven van God - de ziel en de taal die haar meedeelt'. De mensen werden als gevolg van deze vernietiging van hun eigen ziel huichelachtig, geslepen, wantrouwend, cynisch, stil, wreed en onverschillig ten aanzien van het lot van anderen. [...]

Als Custine nu hier was [...]. Custine zou ons aantonen dat wij, zonder dat er een despoot is om onze lafhartigheid te verklaren, vrijwillig de psychische instelling hebben overgenomen van mensen die onder een totalitaire dictatuur leven. [...]

Nog niet zo lang geleden, bijvoorbeeld, werd het huis van een pediater in Zuid-Wales bestormd door een mensenmenigte die een pediater en een pedofiel niet uit elkaar wist te houden. De aanvallers waren natuurlijk afkomstig uit het sociale milieu waar elke vorm van kindermisbruik en kinderverwaarlozing aan de orde van de dag is en waar volwassenen bang zijn voor hun nageslacht zodra dit de gewelddadige leeftijd heeft bereikt. Het opvoeden van kinderen is in grote delen van Groot-Brittannië een ratjetoe van sentimentaliteit, harteloosheid en verwaarlozing, waarbij een te grote toegeeflijkheid ten aanzien van de nieuwste rages - speelgoed, kleren, een televisie op de slaapkamer - beschouwd wordt als de hoogste, ja zelfs de enige uitingen van tedere zorg voor het welzijn van een kind.

bron: Uit het boek 'Beschaving, of wat ervan over is' door Theodore Dalrymple; Vertaald uit het Engels door Ronald Kuil, met een vooraf van Chris Rutenfrans; Nieuw Amsterdam; 2005