De pedagogische eros in het geding

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Vragen die mij bezig houden en waarop dit proefschrift helaas geen antwoord geeft zijn de volgende: In hoeverre en met welke betekenis was de pedagogische eros in Duitsland in het begin van deze eeuw in zwang? Waren er naast Wyneken anderen die de pedagogische vriendschap propageerden, hoe was hun praktijk, waarin verschilde die van Wyneken? Waren die andere pedagogen net zulke autoritaire en aan een zekere grootheidswaanzin leidende figuren als Wyneken? Is er ooit een brede aanhang geweest voor deze specifieke verhouding tussen leraar en leerling, of is het noodzakelijkerwijs beperkt gebleven tot een kleine elite? Misschien dat de antwoorden op die vragen te vinden zijn in een vervolgonderzoek waarvoor Thijs Maasen een onmisbaar fundament heeft gelegd.

bron: Recensie door Maurice van Lieshout; Betreft het onderzoek 'De pedagogische eros in het geding. Gustav Wyneken en de pedagogische vriendschap in de Freie Schulgemeinde Wickersdorf tussen 1906 - 1937', 1988, door Thijs Maasen; Jeugd en samenleving, nummer 12; december 1988