De wraak van de Walküre - My heart CRIES for you, part 2

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Door: S.L. [edit]

Op maandag 7 maart 1988 deed rechter Sieglinde Voorspoels uitspraak in de CRIES-zaak. En zoals haar naam al laat vermoeden ging ze er als een ware Walküre tegenaan: de verdachten hoorden zich veroordelen tot straffen variërend van 1 jaar met uitstel tot 10 jaar effektieve opsluiting. De organisatie CRIES die opkwam voor de rechten van kinderen en pedo's werd aldus door gerecht en pers vakbekwaam om zeep geholpen.

Ruim een jaar geleden kon men in de nationale pers voor het eerst lezen over een groots kinderprostitutie- en pornonetwerk in Brussel. Een 400-tal minderjarigen zouden door het Centre de Recherche et d'Information sur l'Enfance et la Sexualité aan geïnteresseerden zijn aangeboden. De medewerkers van CRIES werden aangehouden en even later ook de direkteur van UNICEF omdat hij één van de verdachten de hand boven het hoofd had gehouden, alhoewel hij wist of toch kon vermoeden dat deze in de kelder van het Unicefgebouw kinderen ontmoette en pornofoto's maakte. Een andere bekende gearresteerde was Philippe Carpentier. Hij had namelijk in 1980 aan het bekende linkse weekblad POUR als vertaler bij het Brusselse parket, mikrofiches B doorgespeeld, terwijl deze officieel niet bestonden. Het vermoeden ontstond dan ook onmiddellijk, en waarschijnlijk niet eens ongerechtvaardigd, dat de hele CRIES-zaak eigenlijk een wraakoefening tegen zijn persoon zou zijn.

Feit is dat men in pedo- en homokringen erg verbaasd was om al die sensationele berichten. Ieder kende het CRIES immers vooral als een tamelijk brave organisatie die aan opvang deed en het blad L'ESPOIR uitgaf. Blad dat nu plots doorging als een katalogus waaruit "klanten" een keus konden doen uit een rijk assortiment kinderen. Terwijl het blad in werkelijkheid niet eens kontaktadvertenties opnam. Meer nog, in een editoriaal het Carpentier scherp van leer getrokken tegen het misbruiken van kinderen en kontaktadvertenties afgewezen omdat die enkel moeilijkheden met het gerecht hadden kunnen opleveren. Enig bewijs dat er een lijst met beschikbare kinderen bestond heeft het gerecht overigens niet gevonden, men gaat er van uit dat de verdachten deze hebben vernietigd.

In een interview dat we met een medewerker van de Studiegroep Pedofilie hadden (Janet nr. 14) stelt deze dat men van de aktiviteiten van een paar medewerkers van CRIES buiten deze organisatie om, gebruik heeft gemaakt om gans CRIES in diskrediet te brengen. Ook op het proces bleek dat er inderdaad een paar van de leden zich inlieten met minder frisse praktijken en kinderen of hun ouders betaalden voor het verlenen van seksuele diensten. Al moet men met dit soort zaken natuurlijk erg voorzichtig zijn. Het is niet ongewoon dat vrienden of geliefden elkaar kadootjes geven of zelfs financieel helpen. Wanneer het relaties tussen kinderen en volwassenen betreft zijn velen snel geneigd dit als verkapte of zelfs openlijke prostitutie te bestempelen, niet altijd even terecht.

Maar zelfs wanneer het CRIES een aantal rotte appelen zou bevatten, lijkt dat op zich toch nog geen reden om de beweging zo hard aan te pakken. Als zelfs de opperbevelhebber van de rijkswacht, Bernaert, moet toegeven dat er in zijn korps van die overrijpe vruchten zitten, zonder dat er al te veel stemmen opgaan om de opheffing van dit instrument te eisen. Terwijl men daarmee de samenleving, althans in mijn ogen, een grotere dienst zou bewijzen dan door het oprollen van een onschuldige groepering als het CRIES.

PIE

"We crush the child molesters", blokletterde het Engelse News of The World op 21 oktober 1984. En in de inleiding op het artikel ging het verder: "Our campaign against the perverts from the Paedophile Information Exchange, who want sex between adults and children to be made legal has paid off after six years." Enkele dagen daarvoor had PIE, een met CRIES vergelijkbare organisatie, besloten er de brui aan te geven en zichzelf op te heffen. Dit o.a. om niet langer martelaars te leveren aan het opkomend fascisme in Groot-Brittannië. De strijd was dan ook erg ongelijk geweest. In die zes jaar had PIE moeten opboksen tegen een konglomeraat van de sensatiepers van Fleet Street, een aantal rechts konservatieve parlementsleden en de Britse variant van de Verontruste Ouders. Dit bolwerk draaide daarbij zijn hand niet om voor verdraaiingen der feiten en regelrechte intimidaties, en rustte niet voor de voornaamste medewerkers van PIE waren overleden, opgesloten of gevlucht naar het buitenland.

Dit sukses heeft blijkbaar hun honger opgewekt naar meer. Dezelfde partners zijn met dezelfde taktiek erin geslaagd Clausule 29 [28] door te drukken, waarbij "publiciteit" voor homoseksualiteit bestraft kan worden met het intrekken van subsidies. Vraag is wat als volgens punt op hun agenda staat.

Algemene stilte

Pedoseksualiteit kan maatschappelijk gezien lang niet rekenen op hetzelfde - relatieve - begrip als homoseksualiteit. Volwassenen wier seksuele verlangens zich richten op knapen of nymfetten worden ook in vele progressieve milieus vaak nog als gestoord beschouwd. Zelfs bij homo's zijn er velen die daar toch problemen mee hebben. Getuige daarvan is dat zelfs de redaktie van dit blad twee artikels over pedoseksualiteit in hetzelfde nummer, hoewel tendens en onderwerp radikaal verschillen, teveel van het goede vond.

De tijden van de Rooie Vlinder zijn dan ook al lang vervlogen. Daar er in de Vlinder zowel homo's als pedo's zaten, heeft dit er voor gezorgd dat er lange tijd binnen de homobeweging grote solidariteit met pedo's bestond. Met de kontroverse rond Snoepjes als één der hoogtepunten. Gevolg daarvan was dat zelfs in het platform van FWH de solidariteit met pedo's hoog staat ingeschreven. In het platform van het RAF, toch de gedoodverfde erfgenaam van de Vlinder, dat nauwelijks enkele jaren later werd opgesteld is er nog amper een passage over kinderonderdrukking overgebleven en worden de pedo's niet eens meer vermeld.

Geen wonder dus dat CRIES, net als PIE in Engeland, geheel alleen staat. De andere pedogroepen lijken, ondanks een korte heropflakkering, wel met hen van de aardbodem verdwenen. De progressieve milieus willen zich niet branden aan iets wat ze eigenlijk volslagen onbelangrijk vinden. En de meest voor de hand liggende bondgenoot, de homobeweging, steekt zijn kop in het zand. Al zou men, doemdenkend en met het Engelse voorbeeld voor ogen, toch kunnen veronderstellen dat hen nog wat te wachten staat. Niet eens een simpel persbericht om zijn verontwaardiging te uiten. RAF, FWH, Help, Flikflak, Hagar de regionale centra, de groene homo's, niet één heeft er een vinger opgestoken. Al kunnen ze het natuurlijk nog altijd een beetje goedmaken door mevrouw Sieglinde Voorspoels in december de homofobieprijs toe te kennen. Dat lijkt me toch het minste. En dan is het geweten toch een klein beetje gesust. Overigens bleven ook de Liga voor Mensenrechten, waar het homo's betreft toch vaak op de eerste rij, en het CGSO merkwaardig stil.

Pro Justitia

Een laatste bedenking bij het CRIES-proces is dat ik het toch wel eigenaardig vind dat er binnen de homobeweging een aantal mensen is dat hardnekkig blijft geloven in het justitioneel apparaat. Het zou toch al wel stilaan duidelijk mogen worden dat vanuit dat verstard instituut nauwelijks iets fatsoenlijks kan verwacht worden. Neem alleen maar de laatste drie processen waarin homo- en pedoseksualiteit een rol speelden: Macho, Paul De Mol en CRIES. Toegegeven, in het Macho-proces werden Vincineau en Haenen uiteindelijk na een lange lijdensweg vrijgesproken, maar dan wel bij gebrek aan bewijs, zodat men de deur op een kier laat voor het parket en ze eventueel hun huiswerk nog eens kunnen overdoen. Na het proces Paul De Mol versus Buisseret kan eenieder die verontwaardigd wordt wanneer homo's manifest voor hun rechten opkomen, die rustig enkele klappen verkopen. Ook in het CRIES-proces kon mevrouw de rechter haar walging nauwelijks onderdrukken. De verleidingstheorie die in elk ander milieu al geruime tijd haar bestaansreden heeft verloren, wordt door Vrouwe Justitia telkens weer van onder het stof te voorschijn gehaald. Lesbische neigingen zullen haar dan ook wel zeer vreemd zijn. Als het gerecht een waardige vertolker is van wat er in onze samenleving omgaat, kunnen we de lauweren om op te rusten best nog wat verder in onze kleerkast wegsteken.

Een tweede kans?

Eén lichtpuntje evenwel, al is het een kleintje. Aangezien rechter Voorspoels de reputatie heeft zeer streng te zijn, valt het te verwachten dat de veroordeelde CRIES-leden in beroep gaan om zo op zijn minst een minder zware straf te krijgen. Mochten ze dat doen, krijgt de homobeweging een kans om zijn falen goed te maken en alsnog duidelijk te maken dat solidariteit met andere minderheidsgroepen geen loos begrip is dat we in onze platforms hebben ingeschreven omdat dat zo mooi staat.

bron: 'De wraak van de Walküre - My heart CRIES for you, part 2'; De Janet, nr. 17; mei 1988