Pedofielen over zichzelf
Begin 1976 namen leden van de werkgroep pedofilie van de NVSH op zich om een kleine honderd enquêteformulieren uit te zetten bij andere leden van de plaatselijke werkgroepen/bezoekers van huiskamerbijeenkomsten. Niet bekend is hoeveel eksemplaren precies zijn uitgezet. Half april kwam het laatste van de 21 ingezonden enquêteformulieren terug waarvan 3 anoniem. [...]
In een enkel geval werd ik geattakeerd op de gebruikte terminologie (pedofiele mensen, pedofiele gevoelens). Eén inzender konkludeerde daaruit tot ondeskundigheid van mijn kant. Pedofielen of pedofiele mensen, zo is de redenering, bestaan niet, evenmin als heterofielen en homofielen. Deze kwalifikaties reduceren een mens tot een bepaald aspekt en terwijl ze de indruk wekken iets wezenlijks van een mens te zeggen, vestigen ze de meestal negatieve aandacht op niet meer dan een aspekt van zijn bestaanswijze en doen hem daarmee in zijn totale menszijn onrecht. Verder is er bezwaar gemaakt tegen de term pedofiele gevoelens. Dit suggereert dat er heel specifieke gevoelens zijn van pedofiele aard. Gevoelens zijn op zichzelf evenwel niet specifiek, maar algemeen menselijk. Deze gevoelens kunnen bij voorkeur of uitsluitend uitgaan naar kinderen. Met andere woorden: het 'objekt' van de gevoelens is specifiek, niet de gevoelens zelf. [...]
Burgerlijke staat:
- ongehuwd (13 personen)
- gehuwd (6 personen)
- gehuwd geweest (1 persoon)
- onbekend (1 persoon)
Gerichtheid:
- op jongens (17 personen)
- op meisjes (4 personen)
Sexuele ervaring:
- met jongens (11 personen)
- met meisjes (2 personen)
In aanraking met justitie:
- niet in (4 personen)
Poging(en) tot zelfdoding:
- kombinatie (4 personen) [...]
Een mogelijk verband tussen eigen opvoeding en eigen pedofiele gevoelens wordt in diverse beantwoordingen wel gesuggereerd, maar niet duidelijk uitgelegd. Eenmaal wordt pedofilie genoemd ('Pedofilie door ouders aanvaard'), tweemaal wordt gesteld dat er geen verband is.
bron: Artikel 'Pedofielen over zichzelf' door drs. C. J. Huizinga; Tijdschrift voor Orthopedagogiek; november 1977