Pedofilie nog een groot taboe - 'Ik doe nooit iets tegen de wil van de kinderen'

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Volwassenen die met kinderen vrijen zijn niet agressiever of gewelddadiger dan u of ik. Geweld is bij pedoseksuele handelingen juist uiterst zeldzaam. Voor mishandelingen of moord worden in Nederland minder dan drie pedoseksuele per jaar veroordeeld. Die zaken trekken veel publiciteit; de volkswoede is dan groot. De angst onder pedofielen ook. Wie "ontuchtige handelingen" met een kind pleegt, ook al gebeurt dat met instemming of zelfs op initiatief van het kind, kan zes jaar gevangenisstraf krijgen. Op die verboden liefkozingen, die zich doorgaans beperken tot strelingen, staat twee jaar meer dan het zodanig mishandelen van een kind dat het zwaar lichamelijk letsel oploopt.

In het recente NVSH-rapport "Leeftijdsgrenzen in de zedelijkheidswetgeving" staat dat in de huidige wetgeving voorbij wordt gegaan aan het bestaan van seksueel getinte verlangens en initiatieven van kinderen. Er wordt in de wet geen onderscheid gemaakt tussen een opgedrongen contact en een door de partners gewenst intiem samenzijn. Onder dit laatste wordt in het rapport uitdrukkelijk geen coïtus met een kind verstaan dat daar lichamelijk niet niet rijp voor is; in dat geval is er sprake van mishandeling. Alleen strafbaarstelling als de schade voor het kind vaststaat, concludeert de NVSH. En geen strafbaarstelling die meer schade veroorzaakt dan ze tegengaat. Met die laatstgenoemde schade worden bedoeld een verhoor bij de politie en-of de geschokte houding van ouders en naaste omgeving. Zeker wanneer het om een verhouding ging die door het kind als waardevol werd ervaren kan een verhoor verdriet, verontwaardiging en schuldgevoel veroorzaken.

"De leeftijdsgrenzen in de zedelijkheidswetgeving zijn ooit ingevoerd ter bescherming van de jeugd. Dat kinderen beschermd moeten worden staat niet ter discussie. De bestaande strafwetten vormen echter geen juist en doeltreffend middel. Ze vormen veeleer een bedreiging voor het kind. Herziening is hoogst noodzakelijk", aldus de slotconclusie van het rapport. Wat doen, denken, voelen volwassenen die ook erotisch gezien van kinderen houden? Op deze pagina een gesprek met één van hen, die (toevallig) voornamelijk homo-pedofiel is ingesteld. [...]



Hij zegt eerlijk, open te willen zijn. Maar hij is bang. Hij is vooral bang voor herkenbaarheid. Dat berokkent schade, misschien blijvende schade. Niet alleen voor zichzelf. Vooral voor de kinderen, waarmee hij bevriend is. "Het zijn belangrijke, diepe contacten. Ook al duren ze soms betrekkelijk kort, ze zijn heel wezenlijk. Ik heb het gevoel dat ik kinderen begrijp, ze veel mee kan geven. Dingen waar hun ouders niet aan toekomen vaak. Ik heb tijd, neem tijd voor kinderen. In een ontspannen sfeer van wederzijds vertrouwen kan een diepe genegenheid groeien. Daar kan het seksuele bijkomen. Dat is volgens mij volstrekt normaal. Hoe je ook geaard bent. Er wordt wel eens beweerd dat wij alleen maar klooien met kleine kinderen. Zo'n bewering vind ik nou abnormaal".

Hij vreest dat een te grote herkenbaarheid ook ouders kan schaden. "Met een aantal ouders heb ik goede contacten. Ze hebben mij geaccepteerd. Het is voor hen ook een geruststelling te weten wie die vriend nou wel is. Nee, het wordt niet altijd uitgesproken. Dat willen de ouders zelf meestal niet.

Hij is in de dertig, ziet er veel jonger uit. Een aantrekkelijke man. Jongensachtig vooral. "Kindersex. Daar zijn de meeste mensen nog niet aan toe. Het is nog niet zo ver dat ze er mee bezig mogen zijn. Eigen ervaringen uit hun jeugd - en wie heeft ze niet - hebben ze geleerd te verbergen, geheim te houden. Af en toe komt het er wel eens uit. Bijvoorbeeld als ze een borrel op hebben. Ik geloof ook dat veel ouders niet uitgebreid durven te knuffelen met hun kinderen. En wat is belangrijker dan iemand eens even over de bol aaien". "Pedofielen. Ja, wat zijn dat nou precies. Letterlijk zijn het mensen die van kinderen houden. Dat zijn er altijd te weinig zou je kunnen zeggen. Pedofiel is een belast woord. boordevol vooroordelen, voortspruitend uit de angst voor wat onbekend moet blijven, weggedrukt behoort te worden. Je zult begrijpen dat ik het woord niet graag gebruik". [...]

"De kinderen van veertien, vijftien waarmee ik doorgaans omga zitten op die leeftijd in een vacuüm. Ze willen, maar kunnen niet zelfstandig zijn. Barstensvol gevoelens zitten ze. Als ze dat niet aan iemand kwijt kunnen, kan het fout gaan. Ze kunnen dan vreselijk met zichzelf en anderen overhoop liggen. Die onmacht wekt bij mij vertedering op. Ik denk dat ik weet wat ze voelen. Ik versta hun taal. Ik voel dat ik ze begrijp. Die overgang van kind naar volwassene is iets teers. Dat moet je niet verstoren maar koesteren. Dat is waardevol. Als die overgang harmonieus verloopt heb je het later ook beter, met je zelf en met anderen. Een dieper mens". [...]

"Ik ging samenwonen met een meisje van 21. Het was zeker geen weggegooide tijd. Juist toen begon ik aan jongetjes te denken. [...] "Nog wilde ik het niet weten. Het was ook in die tijd dat ik me rot schrok toen ik merkte dat er een half ontklede krantenjongen in m'n kamer zat. Het onweerde vreselijk die dag. Die jongen vroeg of hij z'n kleren mocht drogen. Opeens wilde hij bij me op schoot komen zitten. Hij vroeg erom. Dat heb ik geweigerd. Ik was als de dood, voelde me bedreigd. Ik dacht alleen maar: dat kan je niet maken. Ik dacht alleen maar hoe de maatschappij op zoiets reageert. Ik verzeker je dat het moeilijk was. Dat ik tegen me zelf in moest gaan. Die jongen nam het initiatief, probeerde me te versieren".

"Kort daarop ben ik echt verleid. Een jongen van vijftien. Rank, blond, in z'n opbloei. Op z'n hoogtepunt misschien voor mensen als ik. Het klinkt misschien gek, maar die jongen was ondanks z'n leeftijd verder dan ik. Behoorlijk uitdagend. Dat werd m'n eerste echte liefde. De eerste maal dat ik m'n emoties heb kunnen tonen. De eenzaamheid opgeheven". "Nog later had ik m'n eerste grote liefde. Een jongen van net zeventien".

"Het is een hele strijd geweest voordat ik mezelf vond. Ik heb me zelf nu geaccepteerd, voel me vrij, zit nergens mee. Ik ben volstrekt gelukkig. Het is bevredigend voor zowel de jongens als mezelf. Een maximale ontplooiing. Die kinderen doen puur een beroep op me. Goeie, fijne dingen komen er uit voort. Sommigen verloochenen dat ook later niet, als het voorbij is tussen hun en mij. Sommigen zoeken me met hun meisje op".

"Ik probeer nooit iets te doen tegen de wil van anderen. En zeker niet van de kinderen die bij mij komen. Voor hen voel ik me driedubbel verantwoordelijk. Ik realiseer me heel goed dat het kinderen van anderen zijn. De fout van veel ouders, dat ze hun kind als bezit, als eigendom beschouwen, heb ik in ieder geval niet".

bron: Interview < Pedofilie nog een groot taboe - 'Ik doe nooit iets tegen de wil van de kinderen' >; Nieuwsblad van het Noorden; 19 april 1979