Verdediging pedoseks is homozaak - Pleidooi pro pedo

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Door: 'Anoniem'

In de twee vorige nummers van ZIZO werden pro en contra omtrent pedoseksualiteit reeds behandeld. Het verband tussen de pedozaak en de homozaak wordt daarbij teveel verwaarloosd, stelt 'Anoniem'. Zijn analyse van dit verband brengt hem tot een verdediging van pedoseksualiteit.

Dit is de eerste stap in mijn pleidooi pro pedo: de homobeweging heeft geen enkel serieus argument om pedoseksualiteit te veroordelen. Net zoals de onderdrukking van homoseksualiteit kan het verbod op pedoseksualiteit rationeel niet verdedigd worden. De gebruikte argumenten zijn vooroordelen die geen steek houden of in elk geval niet bewezen zijn. Ten hoogste wordt gewezen op moeilijke en belangrijke problemen (zoals de machtsongelijkheid), die echter in alle verhoudingen tussen kind en volwassene voorkomen (zoals opvoeding en onderwijs) en die dus geen reden voor repressie vormen. Een opsomming en weerlegging van de contra's geef ik niet, omdat dit reeds gebeurde door S. L. in ZIZO 4 (mei-juni '94). Daarnaast is het nodig de pedozaak fundamenteel te benaderen.

Oorzaak

Dat is de tweede stap in mijn pleidooi pro pedo: homoseksuelen kunnen niet alleen geen serieus argument tegen pedoseksualiteit aanhalen; homoseksuelen hebben bovendien een goede reden om zich af te zetten tegen de aanval op pedoseksualiteit. Pedoseksualiteit wordt immers afgewezen om juist dezelfde reden waarom homoseksualiteit wordt afgewezen.

In onze westerse maatschappij is de seksualiteitsbeleving georganiseerd via het instituut van het gezin.

Het gezin is een samengaan van twee volwassen personen van verschillend geslacht die een monogame, seksuele relatie aangaan om zich voort te planten en terzelfdertijd een economische eenheid vormen om de kinderen op te voeden. Elke beleving van seksualiteit die niet beantwoordt aan deze seksuele basisnorm (heteroseksueel, monogaam, gericht op voortplanting, juridisch vastgelegd), wordt onderdrukt.

Deze norm is een gevolg van de historische overheersing van een seksualiteitsvijandige godsdienst (het christendom) en de overheersing van het vrouwelijk geslacht door het mannelijk geslacht (de patriarchale structuur van de westerse samenleving). De kapitalistische produktiewijze en de daarmee samenhangende klassenstructuur in onze Westerse samenleving heeft deze norm nog versterkt.

De laatste decennia is de basisnorm in vraag gesteld. Sommige afwijkingen worden in min of meerdere mate getolereerd of minder streng gesanctioneerd, zoals masturbatie, voorhuwelijkse seks, bewust kinderloze huwelijken, ongehuwd heteroseksueel samenwonen, een-oudergezinnen en zelfs homoseksualiteit. Dit neemt niet weg dat de basisnorm nog altijd behouden blijft en alle afwijkingen niet volledig aanvaard zijn.

Er blijft juridische discriminatie of maatschappelijke afkeuring.

Hoe

Solidariteit die lesbiennes en homo's vertonen met pedo's, is dus niet gewoonweg een solidariteit tussen onderdrukten, maar een objectieve verbondenheid tussen groepen die dezelfde onderdrukking ondergaan. Dat maakt deze solidariteit des te dwingender.

Een pleidooi voor gelijkberechtiging van homoseksualiteit verliest elke geloofwaardigheid als voor een andere seksualiteitsbeleving die om principieel dezelfde reden onderdrukt wordt, deze gelijkberechtiging niet wordt geëist. Welk recht hebben homoseksuelen op gelijkberechtiging als zij zelf bereid zijn de discriminatie van een andere seksuele minderheidsgroep te aanvaarden? Bovendien ligt het voor de hand dat wie om dezelfde reden onderdrukt wordt, er alle belang bij heeft om de strijd samen aan te gaan. Dat wordt nu echter juist door een groot deel van de homobeweging ontkend (zie het artikel van R. D. C. in ZIZO 6 van september '94).

Strategisch

Zelfs vele lesbiennes en homo's die akkoord gaan met mijn analyse, verwerpen toch de solidariteit met pedo's om zogenaamde strategische redenen.

Pedo's en homoseksuelen hebben immers wel dezelfde vijanden, maar de mate van onderdrukking is verschillend. Homoseksualiteit is in bepaalde mate aanvaard en die partiële bevrijding zou weer in gevaar komen als de homobeweging zich zou associëren met de pedo's, die immers nog helemaal niet aanvaard zijn. Deze redenering is totaal fout.

Dat is de derde stap in mijn pleidooi pro pedo: lesbiennes en homo's hebben niet alleen een goede reden om zich solidair te verklaren met pedoseksuelen; deze solidariteit is zelfs noodzakelijk voor het eigen voortbestaan. Juist om strategische redenen, om de reeds bereikte vrijheid van homoseksualiteit te behouden en eventueel te vergroten, moet de homobeweging zich inzetten voor de eis van vrijheid voor pedoseksualiteit. Dit argument steunt op een inzicht in de maatschappelijke evolutie van verrechtsing die op het ogenblik volop aan de gang is.

Op het ogenblik dat de gevolgen van de emancipatiegedachte uit de jaren '60-'70 zich nog verspreiden en hier en daar ook de tolerantie tegenover homoseksualiteit nog toeneemt, zijn er opnieuw groepen die terug de strikte gezinsnorm willen invoeren, met ook een totaal verbod op homoseksualiteit. Ze beseffen echter dat een veroordeling van homoseksualiteit weinig zin heeft op dit ogenblik (gezien de tolerantie bij een aanzienlijk deel van de bevolking) en passen daarom een andere tactiek toe, die van de geleidelijke aantasting van de vrijheid. Deze tactiek is de welgekende tactiek van 'verdeel en heers'.

Zij die het recht op vrijere seksualiteitsbeleving (dus niet beantwoordend aan de gezinsnorm) opeisen, moeten opgesplitst worden in meerdere groepen, bijvoorbeeld, de pedo's, de groep homo's die promiscue seks willen beleven, de groep homo's die de gezinsnorm willen imiteren, allerlei heteroseksuele groepen die niet de strikte gezinsnorm volgen, zoals ongehuwd samenwonenden en een-ouder-gezinnen.

Nadien kan de zwakste groep aangevallen worden, terwijl de andere groepen gepaaid worden door beloften, zodat zij zich niet solidair verklaren met de aangevallen groep. Als de zwakste groep uitgeschakeld is, kan de aanval tegen de volgende groep ingezet worden. Het gaat hier niet enkel om een mogelijk scenario. Er kan nu reeds aangetoond worden dat deze domino-tactiek toegepast wordt.

Hetze

De eerste stap, de aanval op pedo's, is in alle hevigheid bezig. Dat is eenvoudig, want die hadden toch bijna nog geen enkele aanvaarding bereikt. Het komt er nu enkel op aan het verbod op pedoseksualiteit uitdrukkelijk te stellen en tot een evidentie te maken, zodat niemand er zich nog durft tegen te verzetten.

Wie dat toch durft, wordt de mond gesnoerd en wordt ogenblikkelijk voorgesteld als een onmens die geen enkel respect verdient. Gevolg is uiteraard dat de meeste lesbiennes en homo's die wel solidair met pedo's willen zijn, beslissen om dat niet te zijn, uit schrik om de eigen homozaak te compromitteren en zo schade te berokkenen. Op die manier maken de tegenstanders van pedoseksualiteit de belangrijkste potentiële bron van weerstand monddood. Toch valt het te betwijfelen of later de homoseksuelen met rust zullen gelaten worden.

De hetze tegen de relatief kleine groep pedoseksuelen wordt met veel middelen gevoerd dat het aannemelijk is dat er meer achter schuilt dan enkel de pedozaak. De verschuiving van pedo's naar promiscue homo's is inderdaad reeds aanwezig.

Diskrediet

De tweede groep, de promiscue homo's, wordt aangevallen door hen te associëren met de maatschappelijk al verafschuwde pedo's.

Zo wordt in diverse TV-reportages de Spartacus-gids voorgesteld als dekmantel voor een pedofilienetwerk, terwijl deze gids op zich niets met pedoseksualiteit te maken heeft, maar gewoon plaatsen opsomt waar homoseksuelen elkaar kunnen ontmoeten. De redenering is overigens even grotesk als de volgende redenering: achter de Streekkrant gaat een net van heteroprostitutie schuil, want er staan advertenties in van videotheken waar porno te verkrijgen is. Naast deze bewustzijnsoorlog wordt ondertussen ook de daadwerkelijke repressie tegen homo-ontmoetingsplaatsen uitgeprobeerd, in België met de invallen in de Brusselse Macho-sauna's en in de Kortrijkse discotheek Le Délire, vaak met het alibi van de strijd tegen drugs (als even verderfelijk als pedoseksualiteit voorgesteld). Daarbij wil men de onderlinge solidariteit tussen de homoseksuelen breken.

Homohuwelijk

Een middel om een deel van de homoseksuelen te doen zwijgen, zijn de voorstellen tot homohuwelijk. Wie graag het homohuwelijk wet ziet worden, houdt zijn mond, uit schrik dat als de homobeweging pedo's of promiscue homo's verdedigt, die wet er niet door komt. Ook de media doen hun best om de groep lesbiennes en homo's op te splitsen in twee groepen.

Een VTM Telefacts reportage over Aids handelde in hoofdzaak over homo's met wisselende contacten en bevatte heel wat homofobe elementen. De BRTN reportage in Zonder Voorschrift (begin januari '94) langs de andere kant toonde een positief beeld van twee jonge homo's, maar zweeg in alle talen over hun seksueel gedrag. Dat was niet toevallig. Na het portret liet men het woord aan prof. Burggraeve die verklaarde dat voor homoseksualiteit hetzelfde geldt als voor heteroseksualiteit, namelijk een appel tot exclusiviteit en duurzaamheid en dat over seksualiteit niet mag gepraat worden als een behoefte, maar dat de kern de liefde moet zijn, met andere woorden, homoseks kan enkel als de in wezen homofobe gezinsnorm wordt geïmiteerd.

Homoseksuelen die dit onderschrijven, al dan niet om strategische redenen, kunnen uiteraard moeilijk protesteren tegen de sluiting van een homobar. Op die manier maken de tegenstanders van promiscue homoseks de belangrijkste potentiële bron van weerstand monddood. Toch valt het te betwijfelen of nadien de exclusieve en duurzame homoseksuele koppels met rust zullen gelaten worden. Wat zal er immers gebeuren als de promiscue homoseksualiteitsbeleving onderdrukt zal zijn?

Eindoffensief

Het vraagt weinig fantasie om te veronderstellen dat in een derde stap de groep van brave homoseksuelen aangepakt zullen worden. Op voorhand dit bewijzen is moeilijk, maar concrete voorbeelden maken het zeer aannemelijk.

Onder invloed van rechts en Moral Majority eist Clinton van de ILGA (een soort wereldkoepel van homo-organisaties) dat ze de pedogroepen uitsluiten. Dat is op het laatste congres ook gebeurd, omdat de meeste andere groepen bang zijn voor de sanctie, nl. het verlies van de Uno-status van ILGA. Dat is ronduit kortzichtig, want na een succesvolle actie tegen de pedogroepen zal rechts van Clinton eisen dat hij de ILGA zelf uit de Uno laat verwijderen. Wie het programma leest van die groeperingen, kan daar niet aan twijfelen. En wie Clinton heeft zien bakzeil halen in verband met de homo's in het leger, heeft weinig hoop dat Clinton deze keer zal durven nee zeggen tegen de homofobe groeperingen. De stok om de hond te slaan is overigens reeds gevonden: onder een Duitse koepel aangesloten bij de ILGA, zou nog een pedogroep zitten. Het zich openlijk distantiëren van de pedogroepen stopt de strijd van rechts tegen de ILGA niet.

Een ander voorbeeld: op dit ogenblik beweert het Vlaams blok niets tegen homo's te hebben. Daar moet onder verstaan worden dat ze wel iets tegen homoseksualiteit hebben, maar nog niet de homoseksuele praktijk aanvallen. Wie hun aanvallen tegen homo-militanten kent en wie hun gezinsprogramma leest, beseft onmiddellijk dat ze elke beleving van homoseksualiteit wel hardhandig zullen onderdrukken, zodra ze de macht daarvoor zullen hebben (zie folder van '1000 x neen aan het Vlaams Blok'). Wat zal het resultaat zijn van dit eindoffensief?

De homobeweging zal als uitgedunde en verzwakte beweging nog weinig slagkracht hebben. Langs de andere kant zullen de traditionele waarden (de gezinsnorm) weer zo versterkt zijn, dat ook van de rest van de samenleving weinig hulp moet verwacht worden. Het toekomstperspectief is verre van rooskleurig. Als er nog iets aan te doen valt, moet het nu gebeuren.

Verdediging

De verdeel en heers tactiek kan pas bestreden worden door vanaf het begin een blok te vormen.

Dit is het onontkoombaar besluit van mijn pleidooi pro pedo: zich verzetten tegen de aanval op pedoseksualiteit is noodzakelijk om een aanval tegen homoseksualiteit te voorkomen. Als de homoseksuelen de pedo's laten schieten, is het hek van de dam en zal de terugkeer van de traditionele waarden ons wegspoelen.

De enige weg ligt in de consequente verdediging van het recht op vrije seksualiteitsbeleving, zolang niemand van de direct betrokkenen daar schade door lijdt (dit wil zeggen, zolang er geen machtsmisbruik mee gepaard gaat). Dit betekent ook de verdediging van het recht op pedoseksualiteit, uiteraard gekoppeld aan de verwerping van elk seksueel misbruik of geweld. De homobeweging mag de pedogroepen niet uitsluiten, maar moet daarentegen het recht op pedoseksualiteit in haar eisenplatform opnemen.

bron: 'Verdediging pedoseks is homozaak - Pleidooi pro pedo' door 'Anoniem'; ZiZo, nr. 7; 1994