Zedelijkheidswetgeving is overbodig

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Ik ben een burgerlijke vader van twee jonge dochters (tien en zeven jaar), ben dol op seks en dol op kinderen, maar toch ietwat beducht voor de kombinatie daarvan. Ook ik heb soms last van dat spookbeeld van die agressieve stijve tamp en dat onschuldige jonge kind. Een seksueel hoogtepunt bevat een niet te miskennen komponent van geweld. [...]

Om te beginnen wil ik díe bepalingen uit het Wetboek van Strafrecht die een sterk moralistiese inslag hebben, zoals seks, genotsmiddelengebruik en gokken, in het bereik beperken. Ik heb dus geen behoefte aan aparte wetgeving op het gebied van de zedelijkheid, zoals thans titel 14 van het Wetboek van Strafrecht bevat, en bijgevolg ook niet aan leeftijdsgrenzen. [...]

In de diskussie die nu al vijftien jaar wordt gevoerd rond de herziening van de zedelijkheidswetgeving treft men veelvuldig een principiële opstelling aan, bij de belangrijkste diskussiepartners zoals NVSH, COC, Coornhert Liga, PSP, enzovoorts, die er op neer komt dat elke verwijzing naar seksualiteit in de wet kan worden gemist. [...]

Het meest recente produkt in de diskussie is de COC-petitie van 15 januari 1987. Deze draagt het karakter van een kompromis en is vermoedelijk voortgevloeid uit de vrees dat binnenkort nieuwe wetsvoorstellen in de Tweede Kamer ter diskussie zouden komen en dat er moest worden gered wat er te redden viel. De petitie stelt voor seksuele kontakten met jongeren onde de 16 strafbaar te houden met als wettelijk geformuleerde strafuitsluitingsgrond dat geen bestraffing mogelijk is indien de jongere in kwestie het kontakt zelf zocht of een aktieve rol speelde in het onderhouden ervan of zich er niet aan onttrok ofschoon dit mogelijk was. De vereniging Martijn heeft groot gelijk met de konstatering dat een dergelijke formulering niets verandert aan de huidige wettelijke normstelling en vermoedelijk ook niets aan de wijze waarop daar door politie en justitie mee wordt omgegaan. [...]

bron: Artikel 'Zedelijkheidswetgeving is overbodig' door Job Knap (advocaat); DILEMMA; juli/augustus 1987