De verboden seksualiteit van kinderen

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search
The printable version is no longer supported and may have rendering errors. Please update your browser bookmarks and please use the default browser print function instead.

Eerder gepubliceerd in RAVAGE

Het spreekt voor zich dat seksueel misbruik van kinderen aan de kaak moet worden gesteld. Maar sinds Dutroux is alles wat met seks en kinderen te maken heeft verdacht. Op Wereld Aidsdag was het in België; verboden om tijdens de manifestaties activiteiten voor kinderen te organiseren. Niemand schijnt zich meer te realiseren dat er met seks niks mis is. Een pleidooi voor een meer kinderlijke seksualiteit.

Voor een goede geestelijke ontwikkeling is het belangrijk dat kinderen liefdevolle aandacht van hun ouders krijgen en dat er lichamelijk contact is. Kinderen hebben echter ook seksuele gevoelens. Al heel klein kunnen ze verliefd worden, opgewonden raken en zelfs orgasmen ervaren. Ze kunnen zich duidelijk seksueel aangetrokken voelen tot andere mensen. Hoe kunnen ouders positieve invloed uitoefenen op de seksuele ontwikkeling van hun kinderen?
Belangrijk is dat ze open en ontspannen over de eigen seksualiteit zijn. Verder kunnen ze kinderen stimuleren vriendschappelijk, vrijerig, aanrakerig of seksueel met andere kinderen om te gaan. Nemen kinderen zelf het initiatief tot vrijerig, aanhalig of seksueel gedrag bij het spelen of knuffelen met volwassenen, dan zou dat niet afstraffend benaderd moeten worden.
Met seksueel contact moet overigens voorzichtig worden omgesprongen omdat het om intimiteit gaat in combinatie met verschillen in seksuele ervaring en beleving en de stigmatiserende invloed van de maatschappij. Lang niet iedereen kan goed met kinderen en pedofiele gevoelens omgaan. Belangrijk is dat het initiatief van de kinderen zelf uitgaat en ook uit blijft gaan. Eigen initiatief is niet altijd een waarborg dat het seksuele door het kind gewenst wordt. Ook in een situatie die er gelijkwaardig uitziet moet de macht van de volwassene niet onderschat worden. Tel bij die macht het vermogen dat kinderen hebben om bij de geringste aanwijzing al door te hebben wat door de volwassene gewenst gedrag gevonden wordt en de misbruiksituatie is een feit. Vrijwilligheid is bovendien alleen gegarandeerd als kinderen de mogelijkheid hebben de relatie te verbreken en op te stappen. Bij ouders of verzorgers is dat niet het geval. Ten slotte is belangrijk dat het kind vertrouwde mensen kent die niet negatief ten opzichte van dit soort contacten staan (bijvoorbeeld de ouders). Dat is prettig voor het kind, goed voor de sociale controle en een belangrijk middel tegen de stigmatiserende invloed van de maatschappij.

Preutsheid

Er gaat veel mis bij de opvoeding van kinderen. Maatschappelijke normen en waarden spelen daarin een belangrijke rol. Veel volwassenen zijn preuts. Ze hebben angst voor het lichaam en lichamelijke genietingen.
Bij seks is de schaamte het allergrootst en de neiging bestaat om alles wat met lichaam, aanraking en tederheid heeft te maken als seksueel te zien. In de omgang met kinderen gebeuren vanuit deze houding twee dingen: het seksuele van kinderen wordt weggedrukt en ontkend, en tegelijkertijd worden alle lichamelijke/zinnelijke aspecten onbewust en ongewild tot iets seksueels gemaakt (en daarmee tot iets negatiefs). In feite wordt het seksuele tegelijkertijd ontkend èn tot ongekende proporties opgeblazen. Bij kinderen kan daardoor een seksuele spanning ontstaan (in psychologische zin) die het lichamelijk en emotioneel functioneren kan gaan overheersen en blokkeren. Het seksuele kan niet worden doorleefd en blijft daardoor een negatief stempel drukken op aanverwante zaken als lekker in je lijf zitten, je gemakkelijk voelen in de nabijheid van anderen, aanraking, en om kunnen gaan met liefde en intimiteit.
Een van de meest overheersende normen is nog steeds dat seks er alleen is om kinderen te maken. Bij de meeste mensen mag gelukkig ook het genieten en het liefhebben een rol spelen, maar nog steeds is er de eenzijdige gerichtheid op neuken en het orgasme (vooral van de man). Voor kinderen heeft dit tot gevolg dat het seksueel zijn van kinderen gemakkelijk kan worden ontkend omdat zij zich immers nog niet kunnen voortplanten (vóór de puberteit) of omdat dit als ongewenst beschouwd wordt (een flinke periode ná de puberteit). Veel kinderen ervaren dat je eerst zogenaamd niet toe bent aan seks en je het op een bepaald moment ineens helemaal moet kunnen.
Een ander nadeel van het voortplantingsdenken en de enge neukgerichte invulling van seksualiteit die dit tot gevolg heeft, is dat wanneer volwassenen seksueel iets met kinderen doen (uitspoken) dit vaak helemaal niet bij de ontwikkeling van kinderen aansluit. Eerst hebben kinderen helemaal geen seksualiteit en plotseling worden ze geconfronteerd met een gefrustreerde en ongecontroleerde volwassen seksualiteit.
Voor veel mensen geldt de norm dat seksualiteit alleen goed is binnen een vaste langdurige relatie. Plezier beleven aan 'iets met een ander' wordt afgewezen en geassocieerd met negatieve zaken als misbruik en bedrog. Ook wordt onmiddellijk gedacht dat er met de bestaande relatie wel iets mis zal zijn. Contact met kinderen waarin seksualiteit een rol speelt wordt daardoor automatisch opgevat als een ziekelijk afreageren van huwelijks of persoonlijke problemen. Dat hoeft echter niet noodzakelijkerwijs zo te zijn (het wrange is dat het in sommige gevallen wel op die manier in elkaar steekt). Het monogame denken is een grove ontkenning van de eigenheid van mensen. Ieder mens is immers anders en kan een ander niet zomaar vervangen. Monogamie als norm komt neer op wantrouwen en hebzucht, met liefde heeft het niets te maken.
Seksualisme is het fenomeen dat mensen te veel aan seksualiteit ophangen. Er ontstaat een oversekst patroon dat met zich meebrengt dat allerlei gevoelens niet meer op een andere wijze kunnen worden geuit dan via seks. Seks om onuitgesproken conflicten mee te bedekken. Seks om liefde te suggereren waar geen liefde is. Seks om gevoelsarmoede mee te compenseren. Mannen doen hier gemiddeld veel meer aan dan vrouwen en veel porno staat er ook bol van. De seks waar het hier om gaat is van een minder leuke soort omdat het contactarm is en prestatiegericht. Schadelijk voor kinderen die ermee worden geconfronteerd.

Zedenwetgeving

Onze cultuur kan niet met kinderseksualiteit omgaan omdat de gangbare seksualiteit te weinig kinderlijk is. Ze is niet speels genoeg, niet lief genoeg, te eenzijdig genitaal en te ongevoelig. Onze seksualiteit staat los van het dagelijks leven en van aanraking in het algemeen, is te weinig communicatief, moet te veel betekenen, staat bol van vaste patronen, wordt te veel als een vaste verbintenis opgevat en is bovendien vaak te hard, te agressief en te weinig invoelend. In die optiek is het niet verwonderlijk en om pragmatische redenen misschien zelfs wel wenselijk dat seks met kinderen tot 12 jaar oud verboden is.
Het verbod op seksuele omgang met kinderen onder de 12 maakt onderdeel uit van de zedenwetgeving. In de zedenwetgeving zijn tal van gedragingen beschreven die verboden zijn op grond van hun seksuele karakter. Het liefdevol aanraken van kinderen is niet verboden maar als geslachtsdelen daarbij een rol spelen wel. Naaktfoto's van kinderen zijn niet verboden, als het iets met seks te maken heeft weer wel.
De zedenwetgeving is lichaamsdelen-, en situatiegericht waardoor de werkelijke problemen, hoe ironisch, niet bij naam worden genoemd. Die worden namelijk niet veroorzaakt door de seks maar zijn het gevolg van zaken als onvrijwilligheid, manipulatie, dwang en geweld. Met achterhaalde termen als ontucht, eerbaarheid en het woord 'zeden'; zelf, wordt de plank misgeslagen. In een vrije, gelijkwaardige en prettige sociale verhouding kan seks niet schadelijker zijn dan wat gestoei met kussens. Seks is van zichzelf alleen maar leuk en fijn.
Van een zedenwetgeving zou daarom moeten worden overgestapt op wetgeving die alleen betrekking heeft op de sociale verhouding. Dergelijke wetgeving zal echter eerst gemaakt moeten worden. Uiteraard is het reeds verboden om dwang en geweld te gebruiken en zou een deel van wat nu als zedenmisdrijf wordt behandeld (zoals verkrachting) ook buiten de zedenwetgeving om aangepakt kunnen worden. Absolute gelijkwaardigheid en het afwezig zijn van iedere vorm van dwang en manipulatie is echter nog lang niet goed geregeld in de wet.
Bij seksueel misbruik van kinderen gaat het vaak om subtiele onzichtbare (en toch zeer schadelijke) dwang en/of is de bewijsbaarheid een groot probleem. Seksuele handelingen zijn makkelijker te bewijzen dan subtiele onzichtbare dwang. Maar seksuele handelingen hoeven weer niet altijd op misbruik te duiden. Daarom is een verfijning van de wet (op de sociale verhoudingen) van groot belang. Iedere vorm van dwang, hoe subtiel ook zou verboden moeten zijn.
Zulke wetten zullen er echter niet snel komen omdat ze vanwege het algemene karakter enorme consequenties zouden hebben. De bestaande maatschappelijke orde is immers in verregaande mate gebaseerd op allerlei vormen van dwang en manipulatie. Men zal daarom geneigd zijn eerst te kijken hoe ver je kan komen met aangepaste zedenwetten. Wetten die zijn ontdaan van morele termen als zeden, ontucht, fatsoen en eerbaarheid, en waarbij het alleen draait om (grove en subtiele vormen van) dwang, geweld, manipulatie en onvrijwilligheid maar die zich vervolgens beperken tot situaties en/of relaties waarin seksualiteit en intimiteit een rol spelen. Seksualiteit en intimiteit hebben in deze tussenvariant alleen een afbakeningsfunctie: alleen daar gelden de extra strenge sociale regels. Seksualiteit en intimiteit krijgen als eerste een hoge wettelijke status en genieten een veel betere bescherming tegen geweld, dwang en manipulatie dan andere aspecten van het leven zoals bijvoorbeeld wonen, werken, en onderwijs. De uitwerking zal echter op allerlei onoverkomelijke problemen stuiten.
Het is bijvoorbeeld onmogelijk om duidelijk aan te geven waar seksualiteit en intimiteit beginnen en eindigen. Voor het overgrote deel is dat namelijk niet toe te schrijven aan handelingen, lichaamsdelen, lichamelijke nabijheid of andere tastbare/zichtbare omstandigheden. Het seksueel of intiem zijn van een situatie is grotendeels afhankelijk van de beleving. Zoek je toch harde uiterlijk waarneembare afbakeningscriteria dan krijg je òf een primitief verhaal dat de lading niet dekt omdat het zich beperkt tot geslachtsdelen en penetratie, òf een uitgebreid verhaal waarin ook bloot en lichamelijke nabijheid zijn opgenomen en daardoor nauwelijks nog als afbakingscriterium dienst kan doen omdat opeengepakte mensen in het openbaar vervoer er ook onder vallen. Het kan niet anders of de tussenvariant wordt een gedrocht. Laten we de tussenvariant dus overslaan en aan de slag gaan met verbeterde wetten op de sociale verhoudingen.

Kinderrechten

Seksuele vrijheid is een farce als daar geen algehele vrijheid aan ten grondslag ligt. De slechte positie van kinderen is het gevolg van een onderdrukkend kindbeeld: het kind als voormaatschappelijk wezen. Aan de ene kant beschermt deze aparte positie kinderen tegen de harde buitenwereld waardoor er ruimte is zich in relatieve vrijheid te ontwikkelen. Aan de andere kant leidt die aparte positie ertoe dat kinderen een aantal fundamentele vrijheden die in de grotemensenwereld gemeengoed zijn, moeten ontberen.
De allerbelangrijkste daarvan is het recht zelf te kunnen bepalen met wie ze omgaan. Kinderen hebben daartoe vooralsnog weinig mogelijkheden.
Te veel wordt er vanuit gegaan dat binnen het gezin alle sociale behoeften van kinderen kunnen worden bevredigd. Noch voor volwassenen noch voor kinderen is dat echter het geval. Kinderen hebben verder nauwelijks mogelijkheden zelf te bepalen welke activiteiten ze verrichten. Vanaf het vierde jaar bepaalt de verplichte schoolgang hun dagindeling en de onderwerpen waar zij zich mee bezig dienen te houden. Volwassenen hebben op dat punt over het algemeen meer vrijheid en meer mogelijkheden daar invloed op uit te oefenen.
Wetten die kinderen beschermen tegen economische uitbuiting zijn prima. Op dit moment werken deze wetten echter tevens economische buitensluiting in de hand. Kinderen mogen niet werken en geld verdienen en beschikken daardoor doorgaans niet over financiële middelen, wat hen in sterke mate beperkt in het maken van eigen keuzen.
Kinderen rechten toekennen zal echter zeer grote maatschappelijke implicaties hebben. Disciplinering van mensen is niet mogelijk zonder de rechteloze periode waar kinderen de eerste 17 jaar van hun leven doorheen moeten. Kinderrechten zouden flink wat gevolgen voor de maatschappelijke orde kunnen hebben.

bron: 'De verboden seksualiteit van kinderen'; Dit artikel is eerder gepubliceerd in RAVAGE; OK Magazine, nummer 58; mei 1997