Seksuologie nu: twee recente congressen

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search
The printable version is no longer supported and may have rendering errors. Please update your browser bookmarks and please use the default browser print function instead.

Door Dr. Frans Gieles

Vorig jaar juni bezocht Dr Frans Gieles twee congressen over seksuologie. Hij hield een lezing over pedofilie en zelfhulp. Hieronder een sfeerimpressie van de congressen.

Parijs, 15th World Congress of Sexology, juni 2001

Dit was indrukwekkend. Tweeduizend congresgangers, van Chili en Peru tot China en Australië. Duizend presentaties, duizend samenvattingen in een dik boek. Zeshonderd sprekers, formeel drie talen - Engels, Frans en Spaans; in de wandelgangen heel wat meer. De zittingen begonnen om acht uur 's morgens (zes uur op dus, of eerder) en gingen met zes tegelijk door tot in de avond toe. De voorbereidingen begonnen al heel wat eerder: wil je daar spreken, dan moet je vele maanden tevoren je samenvatting van de lezing al opsturen. Die wordt beoordeeld door het Scientific Committee. Later stuur je je lezing op. Hiermee begon een markant verhaal.

Ook Tom O'Carroll, auteur van "Paedophilia - The Radical Case" had een samenvatting ingestuurd en later zijn lezing. Zijn samenvatting werd goedgekeurd, maar zijn lezing niet. Deze heette "Is Paedophilia violent?", geschreven naar aanleiding van het feit dat de folder die het congres aankondigde, het onderwerp pedofilie had ingedeeld in de rubriek 'seksueel geweld'. Hij mocht zijn lezing, die kritiek leverde op deze rubricering, dus niet uitspreken. Hij heeft 150 diskettes uitgedeeld met zijn lezing erop en een pamflet. Even markant is dat mijn lezing wel aanvaard en ook gewaardeerd werd. Tot mijn verbazing kreeg ik later de mededeling dat mijn lezing met drie andere als de vier beste uit die 600 voordrachten was gekozen en geplaatst zal worden in European Journal of Medical Sexologie: Sexologies.

Ik had 70 cd's bij mij met de lezing in vier talen, een achtergrondartikel, het artikel van Tom en verder een halve bibliotheek met artikelen. Aan 70 kwam ik dus te kort. Daarna kon ik alleen verwijzen naar de website die ik ervan gemaakt heb [1]. Ter plekke werd ik ook uitgenodigd deze voordracht te houden in Zweden voor de Nordic Association of Sexology, wat intussen gebeurd is. Mijn lezing viel in goede aarde. Ik had als titel en invalshoek gekozen: "Helping people with pedophilic feelings", ofwel 'Hoe help je mensen met pedofiele gevoelens?' Ik koos hulpverlening als invalshoek omdat de zaal vol zat met seksuologen en die willen altijd wel graag mensen helpen. In de eerste zinnen leg ik de problemen op tafel die het hebben van pedofiele gevoelens zoal met zich mee kan brengen - vanaf de vierde alinea ga ik vooroordelen bestrijden met behulp van gepubliceerd onderzoek. Met name vooroordelen als: 'ze recidiveren altijd' en 'er is altijd schade'. Dan geef ik kritiek op de gebruikelijke manier van 'behandelen' en beschrijf ik de zelfhulp methode als een alternatief. Deze methode wordt in elk geval nu al 25 jaar gebruikt door de NVSH werkgroep Oost-Nederland, JON [2]. en is ook door andere groepen gebruikt. Hij blijkt goed te werken.

Geachte OK-lezer, struikel niet al te hard over dat 'hulpverlener-cliënt'-model dat eigenlijk nog maar nauwelijks past bij de zelfhulpmethode: het was geen congres van OK-lezers, het was een congres van seksuologen, artsen. Ik wilde hen bereiken, sprak dus in hun taal, was welkom en wist hen te bereiken.

Ik dacht dat ik in een hoekje was gezet, maandagochtend 8 uur, maar nee: iedere dag begon om 8 uur en je kunt beter de eerste spreker zijn dan de laatste want dan is iedereen te moe. Als eerste spreker herkent iedereen je direct in de wandelgangen en zittingen daarna. Na mijn lezing dook er een oudere vrouw op die zei het zeer met mij eens te zijn. Zij bleek de vice-voorzitter te zijn van het komende Congres van de International Association for the Treatment of Sex Offenders en zij nodigde mij uit ook te komen spreken op haar congres in Wenen in de herfst 2002. Ook dook er een Marokkaanse vrouw op uit de menigte die een steungroep in Frankrijk aan het opzetten is. Markant genoeg was de voorzitter van 'mijn' sessie ook lid van die groep die een steungroep wil opzetten. Het bleek een beminnelijk man vol nuances te zijn, zeker geen p-vreter of -hater; hij gaf mij zelfs ruim extra spreektijd. Daarnaast een man met hoge posities in de WAS (World Association of Sexology) en het Scientific Committee dat de inzendingen beoordeelt en dus ook mijn stuk uitkoos voor publicatie.

Deze voorbeelden typeren het congres. Het viel me allemaal erg mee. Natuurlijk zijn er conservatieve mensen, groepen en geluiden, maar die seksuologen hebben toch ook iets rebels over zich: zij waren het die de pil introduceerden en, tegen alle tegendruk in, daarmee de wereld veranderden. Taboes doorbraken zij zeker ook. Conservatieve geluiden kregen danig tegenwicht, zo niet door voordrachten, dan wel via de reactiemicrofoons. Overal in de wereld zijn mensen bezig met projecten, voorlichting, taboedoorbreking, onderzoek, en zo meer. Dit geldt ook voor de zittingen die over incest en seksueel misbruik van kinderen gingen.

Ik noem een voorbeeld. Er was een Amerikaanse onderzoeker, Michael Young, die hoogst serieus over zijn onderzoek vertelde. Hij mailde mij later nog over het vervolg van zijn onderzoek. Ik antwoordde weer en zo spreken we nog wel even door. Zo'n congres met congresboek levert natuurlijk ook tal van E-mailcontacten op over de gehele wereld. Maar goed, zijn onderzoek was bedoeld om (op z'n Amerikaans dan) ongewenste tienerzwangerschappen bij high school studenten tegen te gaan. Nuttig doel natuurlijk, maar hoe? Door een campagne te openen, genaamd "Postpone sex", oftewel: "Stel seks uit!". De man deed erg zijn best en was hier heel serieus in -zonder in de gaten te hebben dat hij de verkeerde doelstelling had gekozen. Hij vermeldde dat het allemaal niet zo best lukte met die high school studenten daar: ze hielden zich niet echt aan zijn richtlijnen... "Dus", zei de man heel serieus in zijn VS-Engels, "moeten we een betere methode van voorlichting zien te vinden om onze campagne te doen slagen". Er was doorgaans maar weinig tijd voor reacties, maar ik nam de microfoon en zei dat wij hier in Nederland het laagste percentage tienerzwangerschappen ter wereld hebben, en een abortuswet, maar ook de laagste abortuscijfers ter wereld. Hoe dan? Niet door een "Postpone sex"-campagne, nee, door voorlichting, informatie, openheid, gesprekken, de pil en condooms, NVSH en Rutgershuizen. De zaal applaudisseerde. Nadien kreeg ik tal van handen geschud met, uit tal van talen vertaald: "Goed land, dat van u! Doe Amerika (ons) niet na! U heeft de goede weg gevonden in uw land! Ga zo door! Gefeliciteerd, dat u in dat land leeft!" Het voorbeeld typeert de sfeer.

Er waren ook lezingen over 'gezonde seksualiteit' met bepaald progressieve geluiden. Zo was er Prof. Dr. Thore Langfeldt uit Noorwegen die een video presenteerde met de boodschap: onderdruk kinderseksualiteit niet, laat de kleintjes maar en wees er zelf niet zo bang voor. Die video heb ik intussen. Hierop sloot Sanderijn van der Doef erg goed aan met haar lezing over 'seksuele opvoeding van nul tot achttien in Nederland'. Anderen vochten de DSM aan, het handboek waarmee men symptomen en ziektes of afwijkingen vaststelt. Seksuele perversie bestaat niet heette een van die voordrachten, die van Yves Ferroul uit Frankrijk. Perversies zijn constructies in de hoofden van de mensen, niet meer dan dat. Bovendien hoeft een afwijking van het gemiddelde helemaal nog niet een stoornis te zijn. Accepteer maar dat er variatie tussen mensen bestaat en classificeer mensen niet volgens de ethische normen die op dat moment gelden. Dat benoemen van mensen als 'pervers' werkt ook bepaald niet therapeutisch, in tegendeel zelfs. Probeer ze liever te begrijpen en help ze zichzelf te begrijpen.

Ik wip nu over naar de laatste zitting. Het was een zitting over child sexual abuse, de zoveelste dus. Er trad een Marokkaanse psychiater op, Ali Aldela Fatta, werkzaam in Frankrijk. Als een waar verteller bracht hij een 'case' voor het voetlicht: een plot en een onverwachte ontknoping. Hij was in zijn bereikbaarheidsdienst opgeroepen bij een vrouw die in vergaande staat van coma verkeerde: pillen geslikt. Hij hielp de vrouw weer op de been en ging met haar praten. Een incestgeval van de eerste orde: pa met dochter, ma met zoon, na ontdekking een zelfmoordpoging van ma. Diverse gesprekken volgden, tot zich een vriend van de dochter meldde die hem wilde spreken. Deze vriend vond het vreemd dat de dochter steeds meerdere vrienden om zich heen verzamelde en dan een soort striptease ten beste gaf. Dit zette de psychiater op het spoor van de waarheid.

Er was helemaal geen incest, noch pa-dochter, noch ma-zoon. Er was alleen een niet verwerkt oedipaal proces. Dochterlief zag alleen Pa kijken 'met een verlangende blik', van Pa uit vermoedelijk niet meer dan een liefdevolle blik en de rest was verzinsel van dochterlief... De psychiater concludeerde:
1) Wees bijzonder zorgvuldig in dit soort gevallen,
2) licht in geen geval de politie in,
3) houd het gezin zo veel mogelijk bij elkaar,
4) en ga met ze in gesprek.

Ook hier nam ik de microfoon snel op in de tijd voor reacties. Ik bevestigde zijn conclusie, met name die om het gezin bijeen te houden, geen politie er bij te halen en te trachten via gesprekken begrip te krijgen voor alle betrokkenen. Dit was ook uit andere bijdragen in deze en andere sessies te concluderen. Ik wees ook op een poster die in de gang hing en die "Create empathy for the offender" heette: 'Creëer begrip voor de dader', gevolgd door 'Houd het gezin bijeen'. Applaus volgde. Pal na mij nam een oude dame de microfoon over. Zij zei: "Bedankt, Dr. Gieles, dat u mijn poster zo waardeert en ter sprake brengt: ja, het is mijn poster!". Het was dezelfde oude dame uit Argentinië die mij na mijn lezing uitnodigde voor 'haar' congres in Wenen.

Zweden, Congres van de Nordic Association of Sexology, september 2001

Een hele reis, dat wel, naar Visby op het eiland Gotland in de Oostzee. Daar waren ruim honderd seksuologen bijeen. Dit congres ging over parafilieën. De eerste dag over homoseksualiteit, dan een dag 'gemengd bedrijf'. De volgende dag was geheel gewijd aan pedofilie en de laatste dag was er weer gemengd voer voor de congresgangers. Midden op de dag over pedofilie sprak ik mijn lezing uit en kreeg net als in Parijs alleen maar waardering te horen. Mijn 70 cd's was ik direct al weer kwijt. Mensen die bezig waren om daderbehandeling op te zetten, zeiden dat zij e.e.a. zeker zouden herlezen en er rekening mee zouden houden in hun project. Dit zei met name een Deense mevrouw die mijn cd-rom al in Parijs had opgepikt.

Opmerkelijk was de bijdrage van de Estlanders. Deze werd grotendeels verzorgd door twee dames, een tweeling die niet uit elkaar te houden was. Dezelfde tweeling blonk uit in muziek en dans op het bij dit soort congressen ook gebruikelijke feestelijke diner dat inbegrepen is in de kosten. Estland hoorde eerst bij het Oostblok, toen ineens bij het Westblok. Ineens kon men van Estland weer naar het eiland Gotland en naar Zweden varen en Westerse invloeden opdoen. Nu, dit deed men dus. Plotseling werd het bestaan van seksueel misbruik van kinderen ook daar ontdekt. Er was daar nooit over gesproken, in het Sovjetparadijs bestond dit eenvoudigweg niet, maar nu men wat hulpposten heeft geopend, blijkt het dus toch te bestaan. Het is moeilijk hierin een standpunt in te nemen. Enerzijds is verzwijgen niet goed voor de betrokken kinderen, maar anderzijds is de manier van benaderen meteen ook wel erg Westers. Alles is meteen misbruik. Het was niet eenvoudig om dit te volgen en te bespreken (bij het diner, met muziek) in het gebroken Engels van de Estlanders, terwijl het Engels ook niet mijn native language is. Wat ik er wel uit begreep is dat men de incestvaders daar wel op de korrel heeft, maar ook geneigd is de wellicht iets te vriendelijke of begerige buurmannen op dezelfde hoop te gooien: de Westerse tendens dus aan te houden. Ik hoop iets van nuance te hebben kunnen inbrengen. Wat ik ook begreep is dat men daar nu eindelijk eens kan uiten wat men voelt. In het Oostblok was dit te zeer verboden en te gevaarlijk. Anderzijds vernam ik dat juist de Letlanders zich fel hadden verzet tegen enige vorm van contributiebetaling aan die Nordic Association. 'Wij hebben het geld niet en Vadertje Staat, opgevolgd door het rijke Westen, moet het maar voor ons betalen', zo is de typische mentaliteit van het Oostblok, die ik al eerder in internationale ontmoetingen tegenkwam. Overigens prettig dat deze mensen er waren. Ze zijn heel wat emotioneler dan de meer stijve Zweden, Noren, Denen en Finnen. Onder hen ontmoette ik overigens meerdere mensen die ook in Parijs waren geweest.

De andere voordrachten van die dag kan ik bepaald niet conservatief noemen. Thore Langfeldt liet zijn video weer zien. Anderen gaven overzichten vanuit de literatuur op een nuchtere, niet veroordelende wijze. Men liet zien dat er verschillende modellen waren, manieren van denken dus, en niet maar één manier die de goede is. Op deze wijze wordt de huidige manier van kijken in termen van 'dader' en 'slachtoffer' gerelativeerd, een manier die hier in Nederland zowat standaard is. Een ander gaf de geschiedenis van het denken over pedofilie weer, waaraan je ook weer kunt zien dat de huidige manier bepaald niet de enige manier van denken is. Mensen die behandelingen aan het opzetten waren, vertelden daar weer over. Daaruit bleek dat er meer onder de noordelijke zon is dan wat wij hier 'de' daderbehandeling noemen. Net als in Parijs, vertelde een mevrouw uit Zweden dat je, blijkens onderzoek, 'de daders' moet zoeken in het gezin - vooral waar het de ernstiger vormen van seksueel misbruik zou betreffen. Een mevrouw, Inga Tidefors-Andersson, las voor uit haar proefschrift-in-wording waarin zij 'de daders' aan het woord laat zonder censuur, waardoor deze mensen als gewone en begrijpelijke mensen naar voren komen.

Behandelingssucces

Het was vele uren reizen en wachten op de boot naar het eiland, dus heb ik veel gelezen. Zo heb ik het boek van Dennis Howitt [3] uitgelezen, een standaardwerk op dit gebied. Wat mij trof was de nuchterheid waarmee hij onderzoek bekijkt op zijn merites en ondeugdelijk onderzoek rustig van tafel veegt. Ook in dit boek zie je allerlei modellen passeren, waaronder dat van Edward Brongersma en Lex van Naerssen - zonder enige veroordeling van hun manier van denken.

Ik wil een voorbeeld noemen dat mij intrigeerde. In haar boek over daderbehandeling geeft Jackie Craissati [4] enkele voorbeelden. Alle fasen van behandeling, van intake tot en met follow up, worden toegelicht aan de hand van gevallen uit de praktijk. Een van die gevallen betreft een jongeman van 22 jaar. Als kind was hij thuis zwaar verwaarloosd, maar hij had onderdak gevonden bij mensen met pedofiele gevoelens. Ja, in zo'n boek heet dat dan natuurlijk 'a paedophile ring' en het feit dat men ook wel foto's maakte maakt het dan logischerwijze tot een 'child pornography ring'. Maar de man zelf zegt dat hij daar prima is opgevangen, "like parenting", dus "als door (goede) ouders". Hij vond er ook een vriendje van wie hij erg veel hield en met wie hij erg gelukkig was, aldus de man. Was hij dan nooit ongelukkig geweest? Ja, als hij weer thuis kwam en er niemand was om te vragen hoe het met hem ging.

Het punt is nu dat de behandelaarster dit maar 'distorted thinking' vond, verkeerd denken. Daar wilde ze haar cliënt dan wel graag vanaf helpen. Nu, dit viel niet mee, de man bleef maar bij zijn manier van beleven en denken en weigerde e.e.a. te gaan zien als seksueel misbruik. Hij was goed opgevangen, bleef hij vinden, en niet misbruikt. Maar, gelukkig, er is een goede afloop van het verhaal. Helemaal op het eind begon hij langzaamaan in te zien dat hij misbruikt was.

Dit was dus een voorbeeld van succes in de behandeling het is maar dat u het even weet en snapt. De man weigerde overigens achteraf aangifte te doen, dus zo succesvol was de behandeling nu ook weer niet... In mijn lezing kritiseer ik de gebruikelijke daderbehandeling o.a. juist op dit punt: men werkt net zo lang op de cliënt in totdat deze op de juiste, politiek correcte wijze denkt. Men stelt hier politieke correctheid kritiekloos gelijk aan geestelijke gezondheid. Het is inderdaad No Cure But Control (geen genezing maar beheersing).

Het voorbeeld intrigeert omdat wij hier hetzelfde meemaken. Blijkens Het Parool van ongeveer een jaar geleden speelde hier net zoiets. Een twintiger deed 17 jaar na dato aangifte. Nu ken ik deze mensen en ik ben er vaak genoeg geweest om te getuigen dat hier sprake was van 'parenting'. Er was bijvoorbeeld veel stimulans en hulp om de school vol te houden. De jongeman echter komt jaren later in de problemen, drugs, komt bij een psychiater en die weet 'De Oorzaak' al snel te vinden. De verwaarlozing wordt niet vermeld. De 'therapie' is dan: aangifte doen. Ik ken meer van dit soort gevallen. Ze doen mij denken: wie maakt er hier nu denkfouten? Wie denkt er niet zuiver en logisch en nuchter? Toch eens over gaan praten op dat volgende congres in Wenen waar al die behandelaars bij elkaar komen.

Noten
[1] home.wish.net/~twcafe/helping/ > De lezing en het achtergrondartikel, het artikel van Tom en verdere literatuur in nu vijf talen. Ter wille van de Nederlandse lezers is menig bestand in het Nederlands vertaald of in de Nederlandse versie toegevoegd.
[2] home.uni-one.nl/plein/jon/
[3] Howitt, Dennis, Paedophiles and Sexual Offences against Children, John Wiley & Sons, New York, 1995
[4] Craissati, Jackie, Child Abusers, A community treatment approach, Psychology Press, Hove, East Sussex, UK, 1998.


bron: Artikel 'Seksuologie nu: twee recente congressen' door Dr. Frans Gieles; OK Magazine, nr. 81; juni 2002